Nkasa Rupara National Park
Het 320 km² grote, niet omheinde Nkasa Rupara National Park, voorheen bekend als Mamili National Park, vormt samen met het zusterpark Mudumu National Park een corridor voor de migratie van olifanten van Botswana via Namibië naar Angola en Zambia. Dit is een van de belangrijkste redenen waarom KAZA TFCA werd opgericht.
KAZA TFCA is het op één na grootste natuur- en landschapsbeschermingsgebied ter wereld. Nkasa Rupara National Park is gecentreerd rond de Nkasa- en Rupara eilanden in de Kwando en Linyanti rivier. Het park ligt in de zuidwestelijke hoek van Zambezi Region van Namibië. Botswana ligt in het westen, zuiden en oosten en het dorpje Sangwali in het noorden.
Wildlife
Nkasa Rupara fungeert als een belangrijke migratieroute voor grote zoogdieren die zich tussen Namibië en Botswana verplaatsen, met name de Afrikaanse olifanten en de buffels. In het park leeft de grootste buffelpopulatie van Namibië, met naar schatting 1.000 dieren. Daarnaast herbergen de rivieren en kanalen van het park ongeveer 560 nijlpaarden en 500 krokodillen.
Tot de zeldzamere antilopesoorten die hier voorkomen behoren de sitatunga, puku, rode lechwe, rietbok en oribi. Andere zoogdieren en reptielen in het park zijn onder meer leeuwen, cheeta’s, luipaarden, spotted hyena’s, Afrikaanse wilde honden, roan antilopen, impala’s, kudu’s, warthogs, baboons, spotted neck otters, rock monitor lizards en water monitor lizards.
In het gebied zijn ongeveer 450 vogelsoorten geteld. Verschillende zeldzame, kwetsbare en bedreigde vogelsoorten komen hier voor, zoals de wattled kraanvogel, Pel’s fishing owl, black-cheeked lovebird, and yellow-billed oxpecker. Andere vogels zijn de Stanley’s bustard, rosy-throated longclaw, Dickinson’s kestrel, Allen’s gallinule, lesser jacana, black-winged en red-winged pratincoles, long-toed lapwing, Luapula cisticola, coppery-tailed coucal, en black coucal.
De Okavango Delta uitgelicht
De wereldberoemde Okavango Delta heeft een kleiner zusje, de Kwando Delta. Deze kleinere delta, beter bekend als de Linyanti moerassen, is biologisch gezien behoorlijk vergelijkbaar met haar grotere zuster delta. Nabij de zuidpunt van de Zambezi Regio wordt de Kwando Rivier geblokkeerd door de Linyanti breuk. Overtollig water ontsnapt en vormt lagunes in Botswana, maar de hoofdstroom wordt bijna haaks naar het oosten omgeleid en staat vanaf daar bekend als de Linyanti. Dit gebied is zo vlak dat tot wel 80 procent van de Nkasa Rupara National Park onder water staat tijdens het regenseizoen. 2 kronkelige eilanden met iets hogere grond grotere stukken bos en herbergen een grote diversiteit aan dieren. Hoge Jackalberry- en worstbomen zijn opvallend op de eilanden, evenals loodhout en kameeldoorn.
Wild
Dat is het woord dat Nkasa Rupara Nationaal Park het best beschrijft. Het is een buitengewoon stukje wildernis, dat ligt te wachten om ontdekt te worden. Weelderige moerassen, dichte savanne en hoog riet langs de rivier maken reizen door dit gebied een droom voor safariliefhebbers. Rijd langzaam door diepe poelen en vermijd rivieren waar krokodillen op de loer liggen. Voor iedereen die geniet van de avonturen van het ruige, echte Afrika is Nkasa Rupara Nationaal Park dé plek om te zijn.
Wist je dat:
- Bosbranden in het droge seizoen belangrijk zijn voor de ecologie van het park.
- Veel van de eilanden zijn ontstaan (of ze zijn het nog steeds) als termietenheuvels.
- De waterlelie wortels heeft die als voedsel worden gebruikt of tot meel worden vermalen. Deze wortels kunnen mensen door periodes van voedselschaarste heen helpen.
- Er ongeveer 700 mm regen per jaar valt, beginnend in november en aanhoudend tot maart.
- De temperatuur gemiddeld minimum 10 °C in juli (winter) en gemiddeld maximum 32 °C. In de zomermaanden kan de temperatuur oplopen tot 45 °C.
David Livingstone in Sangwali
De beroemde ontdekkingsreiziger Dr. David Livingstone landde in 1841 in Zuid-Afrika en bracht de daaropvolgende elf jaar door met werken op verschillende buitenposten in het binnenland, voornamelijk als missionaris voor het BaKwena-volk in het huidige Botswana.
Tijdens zijn verblijf bij de BaKwena begon Livingstone naar het noorden te reizen, deels om zijn Setswana-taal te versterken en deels om op zoek te gaan naar nieuwe missieposten. Livingstone wilde de Kalahari-woestijn doorkruisen, aangetrokken door verhalen over een meer in het binnenland en gedreven door de wens om Sebituane, de leider van de Makololo, te ontmoeten.
Door een haalbare ‘route’ naar de kust te ontdekken, begon Livingstone te denken aan het blootstellen van het continent aan de buitenwereld. Hij dacht dat kennis over de Zambezi, een grote rivier in het zuiden, een ‘sleutel tot het binnenland’ zou opleveren. In 1851 vertrok Livingstone uiteindelijk voor zijn reis en arriveerde vermoeid en onwel aan de oevers van de Linyanti-rivier, vlakbij de zuidelijke grens van het huidige Nkasa Rupara Nationaal Park. Hij werd door dragers op een brancard naar het huidige Sangwali (toen Linyanti) gedragen en was negen maanden lang de gast van opperhoofd Sebituane voordat hij met 27 Makololo-mannen naar Angola reisde.
Pas vier jaar later, in 1855, ontdekte hij de Victoriawatervallen.
