Het Liuwa Plain National Park is zo’n beetje het best bewaarde geheim van Zambia. Het is een van de oudste beschermde gebieden in Afrika. In de 19de eeuw benoemde de koning van Barotseland zijn bevolking als de bewaarders van het reservaat en de dieren die erin leefden. Vandaag de dag beschouwt de bevolking zich nog steeds als beschermers van het park en de dieren.
In het park leven officieel zo’n 12.500 mensen. Het feit dat mens en dier hier zo vredig met elkaar kunnen leven is als een voorbeeld voor andere parken in Afrika. Het gebied huist zelfs een van de grootste migraties van dieren ter wereld.
Tweede grote migratie van gnoes en zebra’s
Elk jaar trekken duizenden gnoes en zebra’s naar de Liuwa Plain. Dit gebeurt in de regentijd. De dieren trekken namelijk achter het goede gras aan. De bescherming die de dieren genieten in de Liuwa Plain is belangrijk. Voor 2003 ging het slecht met de populatie van gnoes en zebra’s in de regio. Steeds meer land werd gebruikt voor landbouw waardoor de dieren minder bewegingsvrijheid hadden. Dan waren er ook nog leeuwen die veel van de dieren opaten. Sinds African Parks het management van de Liuwa Plain heeft overgenomen in 2003 gaat het een stuk beter met de populatie dieren.
Dat de migratie van gnoes en zebra’s nu de tweede grootste migratie is in Afrika laat ook zien dat het echt goed gaat met de populatie. De grootste migratie is de migratie van gnoes en zebra’s in Serengeti National Park, Tanzania.
Ongerepte wildernis
Dit afgelegen park in het verre westen is een ongerepte wildernis. Voor de vurige bush liefhebber heeft dit park een enorme aantrekkingskracht en het verblijf zal onvergetelijk zijn. Het Liuwa Plain National Park ligt in het westen van Kalabo in de westerse provincie van Zambia. Het heeft een oppervlakte van 3.660 km² en is sinds 1972 een nationaal park. Het park was eerder een wildreservaat dat beheerd werd door de Litunga (koning) van de Lozi gemeenschap.
Twee grote rivieren, de Luambimba en de Luanginga, grenzen aan het park respectievelijk aan de oost kant het westen. Het wild leeft verspreid over de vlaktes en het kost wat moeite om ze te vinden, maar om een enorme kudde blauwe gnoes tegen te komen, een roedel rondtrekkende Afrikaanse wilde honden of een groep van 12 leeuwen in dit vergeten stukje Afrika is een bijzondere ervaring. Zeker vanwege zijn volledig natuurlijke en niet gecommercialiseerde staat. Het vogelleven is overvloedig en de dreigende stormen en bliksem die verschijnen aan de horizon, steken af tegen de groene en gouden graslanden in de lente. Er zijn spectaculaire uitzichten en fantastische mogelijkheden om te fotograferen.
Wildlife en vogels
In november, wanneer de regen komt, komen de massale kuddes blauwe gnoes uit Angola, die over de vlaktes trekken in groepen van duizenden dieren, vaak gemengd met zebra’s op weg naar water. Andere antilopen die hier leven zijn de oribi, rode lechwe, steinbuck, duiker, tsessebe en roan. De Jackal, Serval, Wildcat, Wildhond en Leeuw en Hyena zijn de roofdieren van het gebied. Vele vogels migreren hier tijdens de regen en massale vogelzwermen vliegen rond als ze naar het zuiden trekken. Enkele van de meer notabelen zijn de white bellied bustards, secretary bird, red billed and hottentot teals, crowned and wattled cranes, long tailed whydah, sooty chat, yellow throated longclaw, large flocks of black winged pratincoles die rond de pannen leven, fish eagle, tawny eagle, marshall eagle, woodland kingfisher, pink throated longclaw. De vlaktes worden onderbroken door kleine bossen die weer onderdak bieden aan veel vogels.